Als ik eens door mijn stripcollectie grasduin, kom ik veel dierbare herinneringen tegen. Zoals bijvoorbeeld die dag in pakweg 1963 toen wij tijdens onze eerste vakantie in België langs een stripwinkel liepen (die had je daar gewoon). Ik wilde er naar binnen en mijn vader was gelukkig ook nieuwsgierig. Na mijn ogen uit mijn hoofd gekeken te hebben, vielen ze op iets wat ik niet kende, Nero en Co. Ik mocht vier boekjes meenemen. Die heb ik stukgelezen. Zoveel Vlaamser dan Suske en Wiske, Madame Phiep rookt Fleur de Matras, heerlijk. En die waanzinnige plots, of het gebrek eraan, ik lach er nu nog om en dat wil wat zeggen. Uiteindelijk bezat ik zo’n 45 boekjes, maar het leeuwendeel heb ik inmiddels weer verkocht. De eerste uit de begindagen heb ik gehouden.